Opiniestuk De Standaard
Antwoord aan de heer Goeminnne:
Geachte heer Goeminne,
Zondagavond ben ik heel gelukkig thuis gekomen na een fijne namiddag zingen in het goede gezelschap van de immer bescheiden en geëngageerde Frederik Sioen. Samen met de kinderen ging ik zingend naar bad en tijdens het beginnende onweer galmde nog de ‘now now now’ door het huis. Maar ik lees nu dat ik me vergist heb. Meer nog, ik ben belachelijk dom geweest, als ik u goed begrepen heb. Immers, samen met mijn mede-zingers ben ik blind in de holle geloofsartikelen van een gebiedende klimaatsmaffia getrapt. Zonder enige blijk van zelfdenkendheid hebben we met enkele drogbeelden voor ogen onze keel schor geschreeuwd voor een zondagnamiddagactiviteit die toch geen zoden aan de dijk zet. Waarna we op onze bakfiets naar huis gereden zijn.
Want dat weet u, dokter in de natuurkunde, dan blijkbaar. Dat wij allemaal bakfietsende tweeverdieners van rond de 30 jaar zijn. Na grondig onderzoek, veronderstel ik dan. Vanop afstand, want ter plaatse was u niet.
Verder leer ik ook nog dat mijn medemensen daar en ikzelve een perfect geregeld groen leven hebben (I wish) en dat wij niet kunnen lachen (proest). Ik kon mijn grinnik anders nauwelijks onderdrukken toen ik las dat u ons kwalijk neemt dat we voor eigen kerk preken. Alsof er ergens ter wereld mensen opkomen voor de goede of slechte zaak zonder dat ze overtuigd zijn dat er goede redenen zijn om deel te nemen aan de manifestatie in kwestie. Dat geldt voor stakingen, betogingen, stille marsen èn zingende opkomsten.
Dat u het over ‘overtuigden’ heeft, verbaast me dan weer niet. In het hele discours over klimaatsverandering gaat het altijd al over ‘believers’ en ‘non-believers’. Alsof alle foto’s over smeltende gletsjers gefaket zijn en de thermometers in de zeeën van onze planeet collectief besloten hebben foute waarden aan te geven. U moet zich dan ook niet persoonlijk aangevallen voelen door mijn tegenargumenten. Samen met u is een hele groep mensen actief die menen dat opkomen voor natuur en klimaat van een schrijnend gebrek aan intellectualiteit getuigt en er vooral honend moet worden gedaan over al wie natuurproblematiek bij een grotere groep mensen bekend wil maken. Nochtans moet u alleen maar eens het aantal vuilniszakken bij de wekelijkse ophaaldag tellen en het overschot nakijken dat in warenhuizen de container in gaat om te beseffen dat er ergens vaagweg iets ontspoord is.
Misschien zal het u ook verwonderen dat ik (en de andere aanwezigen eventueel met mij) allerminst denk dat mijn stembanden persoonlijk de atmosfeer gaan beïnvloeden of dat ik al zingend het waterpeil van onze oceanen zal doen zakken. Om het even te duiden in woordenschat die u misschien meer eigen is: het gaat hier niet over causaal verband. Eerder gaat het over een mentaliteit en een wijze van leven die niets te maken heeft met het vervoersmiddel waarmee je je langs Vlaamse wegen begeeft. Door aanwezig te zijn, met mijn kinderen, toon ik dat leven en opvoeden veel meer is weten en meten. Dat het de moeite is om je ergens belangeloos voor in te zetten. Dat engagement een waarde is om voor te gaan. En hadden de kranten en nieuwsberichten ook wat meer aandacht aan dit gebeuren gegeven, dan waren er misschien – hopelijk – nog heel wat meer mensen geweest die zich een beetje ongemakkelijk zouden voelen in hun zetel. Misschien zouden er zelfs politici zijn die ongemakkelijk beginnen schuiven en bedenken: “Als zoveel mensen de natuur de moeite waard vinden om op zondagnamiddag in de regen te gaan zingen, dan moeten we er misschien toch maar meer werk van maken.” Alleen had de pers er wel erg weinig aandacht voor. Tevergeefs nam mijn digirecorder alle nieuwsuitzendingen op en had ik deze morgen twee ontgoochelde kinderen bij het ontbijt. Want als er ergens honend mag over worden gedaan, dan toch het belachelijk groot aantal negatieve reacties op deze actie, zelden onderbouwd, meestal even bij het haar gegrepen als uw Dacia Duster-mens (ik heb het moeten opzoeken). En wat al al even belachelijk is: het buitengewone ontbreken van een klop op de schouder van Nic Balthazar en zijn medewerkers. Bij deze: dank voor uw enthousiasme en belangeloze inzet. Het helpt.